titel: Cornelis Kuypers | Telg uit een schildersfamilie
auteur: Marten Bol
uitgever: Stichting Museum Veluwezoom Doorwerth en de auteur, 1996
ISBN 90-803-264-2-9
NUGI 912, 921
Gebonden met harde kaft, 72 pagina’s, schilderijen in kleur in diverse formaten, en zwart-wit foto’s.
Monografie van Cornelis Kuypers. Deze uitgave is mede bedoeld als begeleiding van de overzichtstentoonstelling Cornelis Kuypers van 12 september tot en met 31 oktober 1999 ingericht door Stichting Museum Veluwezoom in Kasteel Doorwerth.
De kunstschilder Cornelis Kuypers werd geboren op 20 september 1864 te Gorinchem en overleed in 1932 te Soest. Hij stamt uit een schildersfamilie, waaraan een apart hoofdstuk is geweid, evenals aan zijn schilderende nazaten. Tenminste 5 generaties schilderden en ieder in een eigen stijl. Cornelis kreeg o.a. les van zijn vader Jan Kuypers Jr. en studeerde al jong aan de Quellinusschool te Amsterdam. Evenals zijn boer Adrianus, die wat minder bekend werd als Cornelis.
Cornelis Kuypers schilderde vooral landschappen, in een verstilde sfeer, soms met een boerderij, in een eigen laat-impressionistische stijl. Zijn palet is eerst nog sober, later komt er kleur in. Hij gebruikte meer soorten groen dan zijn collega’s, in balans met oker en blauw. Krachtige contrasten met donkere schaduwpartijen en omrandingen, maar ook omfloerst met nevelige verten. Zijn toets heeft soms iets pointillistisch. In zijn Renkumse jaren (1896-1910) had hij veel contact met Theophile de Bock, met wie hij later bleef corresponderen. Daar werd Kuypers een gewaardeerd collega en bestuurder van de kunstenaarsvereniging Pictura Veluvensis.
Het boek besteedt op overzichtelijke wijze aandacht aan zijn leven, zijn tentoonstellingen en aan meerdere beoordelaars uit zijn tijd. Hij woonde en werkte o.a. in Gorinchem, Amsterdam, Nieuwer-Amstel (Amstelveen), Rijswijk, Renkum, Den Haag, Rijswijk en Soest. Hij was leermeester van Agatha Zethraeus en gaf ook les aan zijn zoons.
Zijn werk werd 2x bekroond op internationale tentoonstellingen te Barcelona.
Musea: Gemeentemuseum te Arnhem, Frans Halsmuseum te Haarlem en het Stedelijk Museum te Amsterdam.
Bijlagen: lijst van tentoonstellingen, perscommentaren en bronnen.