Titel: Der Himmel so weit | De hemel zo wijd
Landschaftsdarstellungen de Niederrheinlande| Landschappen langs de Rijn van Düsseldorf tot Rhenen
Auteurs: Bettina Paust, Stefanie Heckmann, Jan.G. Smit, Franz Ossing, Guido de Werd, Nicole Roth, Barbera Strieder, Alexander Grönert
Uitgever: Kerber Verlag, Bielefeld, Stiftung Museum Schloss Moyland, e.a., 2014
ISBN 978-3-86678-999-9 www.kerberverlag.com
Pagina’s: 288
Uitvoering: paperback, 28-23 cm
Taal: Duits en Nederlands, naast of onder elkaar
Deze publicatie verscheen gelijktijdig met de gelijknamige tentoonstelling in Museum Schloss Moyland, Bedburg-Hau, van 18 mei – 24 augustus 2014.
Kunstenaars reisden veel, ook per boot, en er was eeuwen lang geen grote barrière tussen het Duitse en het Nederlandse rivierlandschap. Tussen Düsseldorf en Rhenen kan men spreken van een verwant landschap.
Met meerdere essays:
– Over het begrip Niederrheinlande.
– De meteorologie in de 17e eeuwse landschapsschilderkunst en de ontdekking van de hemel in de 17e eeuw in Nederland. De lage horizon ter benadrukking van het weidse landschap. Men bestudeerde de lucht, maar uiteindelijk waren de geschilderde wolken vooral een kwaliteitskenmerk van de schilder. Schilders als Van Ruysdael en Van Goyen gingen stroomopwaarts kijken en schilderden uitzichten op de steden vanaf de heuvels of vanaf de rivier.
– De Nederlandse schilderkunst van de laat-romantiek tot het laat-impressionisme. Hierin wordt de aantrekkingskracht van de eerste steile heuvels langs de Rijn vanuit het vlakke Holland benoemd. Vanaf de 20er jaren van de 19e eeuw trokken er kunstenaars langs of via de Rijn en schilderden of schetsten bij Rhenen, Wageningen, Oosterbeek, Arnhem, Nijmegen, Beek en Kleve, zoals Abraham J.Couwenberg en Barend Koekkoek. Eerst was het geschilderde landschap onderdeel van een idyllisch tafereel, vanaf 1840 kwam er belangstelling voor de natuur op zichzelf. De rivier bleef altijd een schilderachtig element.
– Het landschap van de Niederrhein gezien door de Düsseldorfse schilderschool en de Rheinische expressionisten, zoals Helmuth Macke.
– Het landschap in het vroege werk van Joseph Beuys.
– De niederrheinlande in de ontwikkeling van de landschapsfotografie, met een fotoreeks tussen 1900 en 1930.
– De 21e eeuw, met wolkenmomenten van Ulrich Erben in aquarel en foto’s.
Grote afbeeldingen van alle tentoongestelde werken zijn gerangschikt van de 17e t/m de 21e eeuw. Met een inleiding en verwijzingen per hoofdstuk.
Van de vele kunstenaars van wie werk wordt getoond, zijn hieronder alleen de Nederlandse schilders genoemd:
In de 17e eeuw: uitzichten op Nijmegen en Kleef van Aelbert Cuyp, Joris van de Haagen, Jan van Goyen, Jan Lievens, Salomon van Ruysdael e.a.
In de 19e eeuw: Andreas Schelfhout (gezicht op Rhenen), Abraham J. Couwenberg, Barend C. Koekkoek en Cornelis Lieste e.a. (Beek en Kleef)
De schilders vanuit Oosterbeek en Renkum: Maria Bilders-van Bosse, Anton Mauve, Albertus Gerardus Bilders, Theophile de Bock.
In de 20e eeuw: Xeno Münninghoff, Anton Marcus, Frans Hogerwaard, Dirk Wiggers, Jan Voerman (Sr) en Willem den Ouden.
Bijlagen: lijst en benoeming van de 125 werkstukken, biografieën van alle gepresenteerde kunstenaars, en litteratuur.