Menu

Overdracht originele gipsmodel borstbeeld kunstschilder Hendrikus Alexander van Ingen. door Dick van Veelen*.

De oorsprong van het borstbeeld
De oorsprong van het borstbeeld vinden we terug in 1920. Van Ingen overlijdt in het vroege voorjaar van dat jaar en Johan Wesselink – de chroniqueur van de beeldende kunst aan de Veluwezoom – is aanwezig tijdens de begrafenisplechtigheid en doet verslag:
‘Op eenvoudige dorpse wijze, begeleidt door enige dorpsgenoten, buren en kunstenaars ook uit Arnhem, een zwarte stoet achter de zwarte baar, zo werd de kunstenaar naar het oude kerkhof in Renkum gedragen, langs de oude kosterij.
Aan het graf werd het leven van de dode herdacht, als ik het me goed herinner, door Barend Ferwerda namens Pictura Veluvensis.
Xeno Münninghoff was er, Antoon Markus, ook August Falise, de beeldhouwer. 
Na afloop van de eenvoudige plechtigheid zei die eeuwige Uilenspiegel, Antoon Markus: “Kom laten we even in de geest van de overledene handelen en een borrel drinken bij Van Kooten. En jij, August, maakt een borstbeeld van die Hendrik Alexander. Die prachtige schilderskop moet bewaard blijven. En jij, Ten Hoedt, moet ophouden koetjes te schilderen. Er was er maar één, die dat kon. En die hebben we begraven. En laat ons nog een glaasje drinken ter ere van Hendrik Alexander”. En ineens met een ernstige stem zei Markus: “Requiescat in pace!” ‘.

August Falise (1875-1936), beeldhouwer te Wageningen, geeft gehoor aan de opdracht van Markus. Hij vervaardigt een plaquette in zandsteen als ook een bronzen borstbeeld voor het graf van Van Ingen.

Ter nagedachtenis aan de schilder prijkt de buste in ‘Den Kunsthandel’ in de Bakkerstraat in Arnhem en in de meubelwinkel van Beekhuizen in Renkum, waar het wordt omgeven door enkele werken (Bol, 1996).

Het borstbeeld krijgt veel waardering. Wesselink nogmaals: ‘August Falise, de beeldhouwer, boetseerde zijn markante kop met het doorgroefde, nerveuze gelaat en de opstandige haardos. Het was de mooiste kop, die Falise ooit gemaakt heeft. Het was de kop van een mens, vervreemd van de wereld, de kop van de kunstenaar, die de vrede en de stilte zocht, deze bij de mensen niet vond, maar bij de wilgen en het redeloze vee der weide. Deze kop versierde de catalogus van Van Ingen’s schoonste werken, die in de deftige kunstgalerij in Pall Mall in Londen reeds in het jaar van zijn eenzaam sterven gehouden werd’. (Wesselink bedoelt hier de tentoonstelling in The French Gallery, 120 Pall Mall, London S.W. van 3 november – 15 december 1920).
In 1969 wordt tijdens de voorbereidingen van de tentoonstelling ‘Van Bilders tot heden’ – in het kader van de viering van 1000 jaar Renkum – geconstateerd dat het graf van Van Ingen danig in verval is geraakt. Oorzaken hiervan zijn gebrek aan onderhoud van de zijde van de gemeente en beschadigingen tijdens de gevechtshandelingen in de septemberdagen van 1944. Ook verdwijnt tijdens de Tweede Wereldoorlog het bronzen borstbeeld. 


Terstond gaat een commissie op initiatief van de toen 89-jarige Johan Wesselink en onder voorzitterschap van de huidige voorzitter van Museum Veluwezoom en toenmalig raadslid Steven Buddingh’ aan de slag om fondsen te werven met als doel het graf van Van Ingen te laten restaureren. In de commissie hebben tevens zitting de gebroeders Beekhuizen (één van hen is Wes Beekhuizen, de auteur van het bekende standaardwerk over Renkum en Heelsum ‘Groen was mijn dorp’).
Tijdens de fondswervingsactiviteiten wordt bij toeval het originele gipsmodel van het door August Falise gemaakte borstbeeld teruggevonden op een zolder boven het gebouw van de gemeente aan de Waagstraat te Wageningen, waar dan de kunstschilder Ben van Londen en de beeldhouwer Dingeman van der Graaf hun Vrije Academie ofwel de Wageningse Avondschool voor Beeldende Kunsten runnen.
Een soort vrije academie gesteund door de gemeente Wageningen. Van Londen kondigt de verrassende ontdekking aan commissievoorzitter Buddingh’ aan op de achterzijde van de girokaart, waarmee hij een bedrag overmaakt ten behoeve van de restauratie van het graf en spreekt tevens zijn waardering uit over het initiatief op de achterzijde van de girokaart:

Van het teruggevonden gipsmodel wordt in 1971 wederom een afgietsel gemaakt. In samenspraak met het gemeentebestuur en de restauratiecommissie wordt in 1972 besloten deze buste niet meer op het graf van de schilder te plaatsen, maar een plaats te geven in het gemeentehuis te Oosterbeek. Het gipsmodel verdwijnt daarna voorlopig weer uit beeld. 
Totdat enkele jaren geleden het oud-bestuurslid van Museum Veluwezoom de heer Rob Fierst van Wijnandsbergen gebeld wordt door mevrouw C. Margadant-van Eeuwen uit Leersum, die van haar huisgenote mevrouw Rie van Londen-Smit, de weduwe van Ben van Londen, het gipsmodel in bezit heeft gekregen.
De boodschap is duidelijk: of het gipsmodel wordt in Leersum opgehaald of het verzeilt bij de kraak. De beslissing is gauw genomen en de heer Fierst krijgt het model in zijn bezit. Gedurende een aantal jaren wordt het gipsmodel gekoesterd ten huize van de familie Fierst van Wijnandsbergen. Zij acht nu de tijd rijp om dit bijzondere culturele erfgoed over te dragen aan Museum Veluwezoom, waar het één van de pronkstukken zal gaan vormen van de museale collectie.
Het bronzen borstbeeld van Van Ingen is nog steeds te bewonderen in het gemeentehuis te Oosterbeek op de eerste etage.

Bronnen:
Johan Wesselink: Schilders van den Veluwezoom, A.J.G. Strengholt ’s Uitgeversmaatschappij N.V., Amsterdam, 1943, blz. 42-46;
Wes Beekhuizen: Groen was mijn dorp, uitgave in eigen beheer, Renkum, 1973, blz.150-156;
Cees Burgsteijn: Hendrikus Alexander van Ingen. ‘De schilder van het zilvergrijs licht’, Schoutambt en Heerlijkheid, jaargang 6, nummer 4, december 1992, blz. 89-112;
Marten Bol: De kleine wereld van H.A. van Ingen, Stichting Museum Veluwezoom, 1996.
Steven Buddingh’: privé-archief.*: de tekst van dit artikel en de bijbehorende illustraties zijn door de auteur beschikbaar gesteld voor publicatie op de website van Stichting Museum Veluwezoom.

Overdracht originele gipsmodel borstbeeld kunstschilder H.A. van Ingen.

Op vrijdag 15 oktober j.l. vond in de Theeschenkerij De Zalmen op het terrein van Kasteel Doorwerth de officiële overdracht plaats van het originele gipsmodel van het borstbeeld van de Renkumse kunstschilder Hendrikus Alexander van Ingen (1846-1920) aan de Stichting Museum Veluwezoom in de gemeente Renkum.
Daarmee eindigde een zwerftocht van 90 jaar en vond het gipsmodel zijn definitieve bestemming.